24 november 2014

Concert 14 november 2014

Vrijdag 14 november 2014, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Robin Ticciati
Vesselina Kasarova, sopraan

Fauré: Suite Pelléas et Mélisande
Berlioz: La mort de Cléopâtre
Ravel: Valses nobles et sentimentales
Debussy: La mer

Robin Ticciati debuteerde in 2011 bij het KCO en dat werd niet allerwegen positief ontvangen; ook ikzelf was gereserveerd (zie hier de weblog). Het orkest zag meer in hem en vroeg hem terug. En met de uitvoering van La mer van Debussy, toch het hoofdwerk van de avond, bewees het daarmee zijn gelijk. De suite Pelléas et Mélisande van Fauré klonk ok, maar is niet bepaald een karakterstuk, en in La mort de Cléopâtre vond ik het orkest te netjes. Vesselina Kasarova die de aanvankelijk gecaste Elina Garanca verving probeerde er weliswaar een show van te maken, maar aangrijpend werd de uitvoering niet. Misschien was Berlioz daar ook debet aan; het is een apart stuk, vol Berlioz-gekte, maar minder overtuigend dan in andere composities. Tijdens het concert de zaterdag voor dit (zie hieronder) hoorde ik ook al de Valses nobles et sentimentales van Ravel. Het KCO klinkt stukken mooier en glanzender dan het Rotterdamse collegaorkest, maar toch had die uitvoering meer zeggingskracht. Onder Ticciati klonken de walsen te gewoontjes. In La mer bewees hij echter zijn kwaliteit. Dat grandioze drieluik klonk spannend, uiterst transparant en vloeiend. Haitink blijft de grootmeester in dit stuk, maar Ticciati wist het orkest eveneens tot grote hoogten op te stuwen. Het KCO verdient de allerbeste dirigenten, maar ook goed dat ze jonge en veelbelovende dirigenten als Ticciati de kans geven zich te ontwikkelen.